Ontslag om dringende reden: wat is belangrijk voor de beoordeling?

In een recente zaak had een werkneemster, die al 10 jaar in dienst was als financieel manager, nagelaten om een btw-aangifte te doen voor het bedrijf.  

Toen daarna een ambtshalve aangifte kwam, deed de vrouw niets. Ze betwistte het bedrag niet, maar betaalde het ook niet. Daardoor stapelde het te betalen bedrag zich op. 

Er werd beslist om deze financieel manager met dringende reden te ontslaan. De vrouw heeft haar ontslag echter voor de rechter gebracht. Die oordeelde initieel dat het niet ging om een zodanig ernstige fout, dat de samenwerking onmiddellijk en definitief onmogelijk werd. 

Toch heeft het Hof van Cassatie herinnerd aan een belangrijke factor bij deze beslissing: de hoogte van de schade geleden door de werkgever. 

Het ging hier om een oorspronkelijk bedrag van 72.000 euro, dat hoger werd en niet meer kon betwist worden. 

Daarom heeft het Hof de beslissing vernietigd, en moet een andere rechter de beoordeling opnieuw maken, rekening houdend met de geleden schade door het bedrijf.