Alle ouders, ongeacht hun inkomen, zullen voorschotten mogen ontvangen op de uitkeringen voor de kinderen

De Dienst voor alimentatievorderingen zal voorschotten kunnen toekennen op het levensonderhoud, zelfs als de ouders meer dan 2.200 euro per maand verdienen.

Alle ouders, ongeacht hun inkomen, zullen voorschotten mogen ontvangen op de uitkeringen voor de kinderen

De Dienst voor alimentatievorderingen (DAVO) is een instrument om de armoede – in het bijzonder kinderarmoede – te bestrijden. Hij heeft een tweeledige taak:

  • De DAVO int de tegoeden bij de in gebreke blijvende schuldenaars en gaat over tot de invordering van alle door die onderhoudsplichtigen verschuldigde achterstallen

De begunstigden zijn de kinderen, de echtgenoten of de samenwonenden. In dit verband geldt geen enkele inkomensvoorwaarde.

  • Hij betaalt maandelijkse voorschotten op de uitkeringen die uitsluitend voor de kinderen verschuldigd zijn

De toekenning van die voorschotten hangt af van het inkomensniveau van de ouder, van de persoon die het hoederecht heeft over het kind of van het meerderjarig kind dat niet met één van voormelde personen samenwoont. De bovengrens bedraagt 2.200 euro netto.

Een nieuwe wet, in werking sinds 1 juni 2020, heft deze inkomensvoorwaarde op.

Bron: Wet van 9 juli 2020 tot wijziging van de wet van 21 februari 2003 tot oprichting van een Dienst voor alimentatievorderingen bij de FOD Financiën met het oog op de afschaffing van de inkomensvoorwaarde voor de toekenning van voorschotten op het onderhoudsgeld dat verschuldigd is aan kinderen en het toepasbaar maken van sommige bepalingen van het Wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen en tot wijziging van artikel 11 van de wet van 29 maart 2018 tot uitbreiding van de opdrachten en versterking van de rol van de fiscale bemiddelingsdienst